Transitie gezondheidszorg vraagt om krachtige gemeenschappen

“De huidige gezondheidszorg is niet meer houdbaar. De oplossing begint bij het versterken van krachtige gemeenschappen en domeinoverstijgende samenwerking”, vertelt lector Miranda Laurant. Onlangs ontvingen de HAN en Fontys Hogescholen de SPRONG-subsidie voor het 2SHIFT programma, waarbij de ambitie is om eerlijke kansen op een gezond leven te vergroten.

Tijd dringt
“Er moet iets gebeuren. De gezondheidszorg kampt met problemen op het gebied van financiën, maatschappelijke vraagstukken en personeelstekort. Daarnaast ontstaat er een kloof in gezondheid en vitaliteit tussen mensen in een lage en in een hoge (sociale) positie in de maatschappij. We weten dit al lang, maar de tijd dringt nu”, vertelt Laurant van het Lectoraat Organisatie van Zorg en Dienstverlening (HAN). “Veel van onze zorg en budget zit in instellingen, intramurale settingen waar ze hoog specialistische zorg bieden. De oplossing zit hem in een meer geïntegreerde eerste lijn. Hier werken de eerste lijn, zorgprofessionals en het sociale domein veel meer samen. Dat kan niet zonder een krachtige samenwerking met inwoners.”

Verschuiving met 2SHIFT
Tijd voor een verschuiving. De naam 2SHIFT staat voor: Societies and Systems for Health, Inclusiveness and Fairness in Transition. Dit programma is een samenwerking van HAN University of Applied Sciences, Fontys Hogescholen, (maatschappelijke) organisaties in het werkveld en andere kennisinstellingen. Met dit programma zetten de hogescholen in op het verkleinen van sociaaleconomische gezondheidsverschillen. “Voorkomen van ziekte is belangrijk hierbij, het samenwerkingsverband maakt gebruik van het concept Positieve Gezondheid en een Gezondheidsbevordende Leefomgeving. In verlengde daarvan komt ook het verplaatsen van de ondersteuning en zorg naar de leefomgeving”, licht Miranda toe. Dat vraagt om een samenwerking van de eerste lijn, het sociale domein, wonen  én inwoners. “Om vanuit een gezamenlijke opgave gezondheid, en dat is inclusief het welbevinden, te bevorderen.”

Anders denken
Dat is niet zomaar geregeld. “Het vraagt om een fundamenteel andere benadering van werken, een omslag in denken, doen en organiseren”, vertelt Miranda. “Misschien hebben we straks wel 1 wijkorganisatie nodig in plaats van 10 verschillende? Met andere woorden: hoe werken verschillende organisaties vanuit gezamenlijke missie en visie. Hoe worden ze gefaciliteerd in de verandering die noodzakelijk is? Doe je dat in een netwerk of zijn er andere opties? Dit vraagstuk vraagt om een out-of-the-box aanpak. Het probleem wordt zelden opgelost door het systeem dat het heeft gecreëerd.”

Krachtige gemeenschappen
Het begint bij het versterken van krachtige gemeenschappen. Miranda: “Hier werken informele, en formele partijen samen, denk aan inwonersinitiatieven met zorgprofessionals, beleidsmarkers en financiers.” Een flinke uitdaging voor 2SHIFT, omdat een samenwerking als deze vraagt om een cultuurverandering. “Zowel van de professionals, als van de inwoners. Het vraagt om een ander perspectief op jouw rol als professional, maar ook op de verantwoordelijkheid als individuele inwoner of buurtcollectief. We passen vaak structuren aan, maar dat zijn andere structuren in hetzelfde systeem. Het systeem zelf verandert niet en daarmee zijn de problemen niet van tafel.”

Urgentie
De urgentie dat het anders moet, die voelen ze al in kleine gemeenschappen. “In dorpen hebben ze bijvoorbeeld te maken met vergrijzing, jongeren die vertrekken en ook zorg- en welzijnsvoorzieningen verdwijnen. Hun bestaansrecht komt in gevaar. Daar ontstaan dan ook netwerken van bewoners, denk aan whatsapp-groepen, dorpsraden, verenigingen en corporaties. Ze organiseren zich om thema’s aan te pakken, zoals de energietransitie of gezondheid en vitaliteit”, vertelt Miranda.

Betrokkenheid
Daarnaast zijn in dorpen de sociale contacten vaak sterker, mensen zijn meer betrokken en staan sneller voor elkaar klaar. Het gaat over samenredzaamheid, legt Miranda uit. “Het gaat niet alleen over eigen regie en zelfmanagement. Dan lijkt het alsof je als individu het alleen moet doen, maar niet iedereen is daartoe in staat. Denk aan mensen in kwetsbare situaties, zoals ziekte, mensen met minder financiële middelen of als er sprake is van een taalbarrière. Bij samenredzaamheid gaat het om gemeenschapsversterking. Het is niet een probleem van die ene persoon, het is een gezamenlijk probleem. Je kijkt met elkaar hoe je de gezondheid en vitaliteit verbetert. Mensen voelen zich in gemeenschappen betrokken met elkaar. Mijn droom is dat we over 20 jaar een cultuur hebben waarbij we er weer zijn voor elkaar.”

Wat speelt er?
Je hebt deze krachtige gemeenschappen nodig voor de verandering in de gezondheidszorg, meent Miranda. Kortom een shift van ziektegericht werken naar gezondheidsgericht samenwerken. Dat vraagt wel om een open houding van professionals. “Belangrijk is om aan te sluiten bij wat inwoners en gemeenschappen ‘beweegt’. Wat vinden zij belangrijk? Waar lopen ze voor warm? En wat kunnen zij zelf? Je ziet bijvoorbeeld dat bij de mensen met een lagere sociale positie, meer problemen met overgewicht spelen. Dan denk je misschien: dan zetten we in op voeding en beweging. Maar grote kans dat er iets anders speelt, zoals armoede en schulden. Dan moet je daar beginnen, in plaats van leefstijl- en gezondheidsinterventies te brengen en te verwachten dat zij die zo overnemen.”

Juiste gesprek
Community building, ofwel gemeenschapsvorming en -versterking, daar begint het. “Dit doen we niet alleen vanuit de hogescholen maar in co-creatie en samenwerking met werkveldpartners. Zo ondersteunen onder andere woningcorporatie Goed Wonen Gemert, de Landelijke Vereniging Kleine Kernen en Spectrum Elan in deze ontwikkeling. Zij hebben veel ervaring met community building en vraagarticulatie vanuit een inclusief perspectief. Hierbij is aandacht voor hoe er door formele en informele organisaties,  dus met inwoners wordt samengewerkt. Niet alleen zorgprofessionals en inwoners werken dan samen, maar ook bijvoorbeeld medewerkers van welzijnsorganisaties, woningcorporaties, kleine ondernemers en de gemeente komen om tafel. Daarnaast werken we continu samen met ervaringsdeskundigen om te helpen om het juiste gesprek te voeren.”

“Het werkt als verschillende partijen bij elkaar gaan zitten en een gedeelde missie en visie ontwikkelen. Wat willen we betekenen voor de wijk? Hoe werken professionals slimmer tussen en over de verschillende organisaties heen? Hoe doen ze dit samen met inwoners? Daarbij is het belangrijk dat iedereen gelijkwaardig aan elkaar is”, vertelt Miranda. “Evenwaardig noemen we dat ook wel. Jij zit daar met jouw eigen expertise en vaardigheden, een inwoner brengt dus net zoveel mee als een professional. Alleen zo heeft gezondheid en vitaliteit een toekomst.”

Fieldlabs
Hoe doet 2SHIFT dat? “We zetten 4 fieldlabs (of krachtige leerkring) op, in 2 dorpen en 2 wijken in (midden) stedelijke gebieden. Binnen de fieldlabs werken de onderzoekers van beide hogescholen samen met onder meer ervaringsdeskundigen, studenten, docenten, inwoners en professionals aan deze gemeenschapsversterking. Daarnaast werken ze aan de ontwikkeling van systeem, sociale en technologische innovaties die nodig zijn voor meer eerlijke kansen op gezondheid”, zegt Miranda. Er is verbinding met het HAN Zwaartepunt Sociaal – Fair Health. De fieldlabs bevinden zich in Nijmegen (Westelijke kanaalzone, diverse wijken), Eindhoven (Brainport, diverse wijken), Uden en Gemert-Bakel (2 gemeenten) en Mooi Maasvallei (4 gemeenten). Veel verschillende organisaties en inwonersinitiatieven zijn hier al bij betrokken. “Er spelen verschillende vraagstukken in de regio’s. Brainport is een innovatieve regio, terwijl in Mooi Maasvallei weer veel samenwerking is met inwonersinitiatieven. We hebben vanuit elk gebied aanknopingspunten om te starten.”

Kennis delen
De regio van Uden en Gemert-Bakel en de Mooi Maasvallei komen mede dankzij de samenwerking met de Zorgalliantie naar boven. Miranda: “Het is fijn dat de Zorgalliantie hierbij betrokken is. We gaan ook samen na denken over hoe we opgedane kennis verder delen, bijvoorbeeld met toolboxen. Maar ook door samen met de Zorgalliantie webinars te organiseren of leerarrangementen te ontwikkelen. Uiteraard ook in samenwerking met Fontys Hogescholen en betrokken partners, zodat we zowel in de praktijk als het onderwijs een stevig fundament leggen, innovaties ontwikkelen die er toe doen in de praktijk. En uiteindelijk de gezondheidszorg weer houdbaar maken.”