Hoe is het met de vaders?
Aftrap bijeenkomst
Hoe is het met vaders waar het leven even tegenzit, die zich zorgen maken over hun gezin of hun eigen welzijn? We zien ze weinig in het welzijnswerk, in de gezinszorg en in onderzoek. Bindkracht10 en de HAN bundelen de krachten en willen met andere betrokkenen op zoek naar antwoorden op de vragen ‘Hoe redden zij zich, wat hebben ze nodig?’.
Vaak blijkt uit onderzoek dat kinderen zich breder ontplooien als beide ouders een rol hebben in de opvoeding. Maar wat zien we in onze praktijk?
Bindkracht10 heeft diverse opvoedondersteuningsprojecten door heel de stad. Daar zien we veel moeders die met de activiteiten deelnemen en vrijwilligerswerk doen. Vaders zien we minder, maar waarom? Blijkbaar doen we nog niet de juiste dingen om de vaders te bereiken met de activiteiten die we organiseren. Dit heeft slechts gedeeltelijk te maken met de traditionele werk-zorg verdeling die in veel huishoudens hardnekkig stand houdt. Veel activiteiten zijn in de middag, dan zijn veel vaders aan het werk. Maar dat is niet het hele verhaal! Vandaag verkennen we met alle deelnemers hoe we dat beter kunnen doen.
Werken met vaders in de praktijk
Linda van Aken (voorzitter, Vincentius Vereniging Nijmegen) is blij dat we eindelijk aan de slag gaat met dit thema. Vaders moeten van de bank! De hulpvraag die bij hulpverleners binnenkomt is vaak afkomstig van de moeder. Vaders schamen zich en verdwijnen dan meer naar de achtergrond. Het heersende beeld is dat een vader voor zijn gezin moet zorgen en als dat niet lukt heeft men gefaald. Veel mannen trekken zich dan terug. Daarom gaat Linda met de vaders boksen. Tijdens het boksen kunnen de vaders hun frustraties uitten, waardoor er meer lucht en ruimte komt om te praten.
Veel hulpverleners gaan vaak direct naar vragen over financiën en gaan te snel voorbij aan de belevingswereld van vaders. Voor hem kunnen gevoelens als schaamte en trots grote barrières zijn voor het delen van hun gevoelens en het vragen van hulp. Als je eenmaal hulp wil gaan vragen moet je ook nog het juiste loket weten te vinden. Er is nog weinig inleving hoe hoog de berg is om überhaupt hulp te vragen. Nederland heeft een verstikkende bureaucratie als het gaat om hulpverlening, probeer maar eens wegwijs te worden in het gigantische aantal lokketten. Wat zou het geweldig zijn als we daar 1 loket van kunnen maken! Een loket waarbij de menselijke maat voorop staat en niet het dossiernummer.
Slechte ervaringen met hulpverleners kunnen het herstel en de activering van vaders vertragen. Sommige hulpverleners kunnen zich niet goed inleven, hebben een gebrek aan empathie of zijn onvoldoende getraind in non-verbale communicatie. In enkele gevallen schieten hulpverleners te kort omdat ze te weinig levenservaring hebben. Het leeftijdsverschil met de vader die ze willen helpen is simpelweg te groot en de koof tussen verschillende levensfasen blijkt onoverbrugbaar.
Onderzoek onder de vaders
“Wat hebben vaders in armoede nodig om betrokken te raken bij de financiële opvoeding van hun kinderen?” Sam Beumers en Tamara Arts (studenten, HAN) deden onderzoek naar deze vraag.
Vaders zijn minder betrokken bij de (financiële) opvoeding van hun kinderen. Dit is zonde aangezien uit literatuur en eerdere onderzoeken blijkt dat hun betrokkenheid een positieve invloed heeft op de ontwikkeling van hun kinderen. Wat hebben de vaders anders nodig dan de moeders? Zijn vaders zich minder bewust van hun opvoedersrol? Hoe kunnen ze participeren?
Sam: “Het was lastig om vaders te vinden voor deelname aan het onderzoek. Gelukkig lukte het uiteindelijk wel om er voldoende te vinden voor ons onderzoek.” Ondersteuningsbehoeften van vaders zijn divers, bleek uit hun onderzoek. Men wil niet alleen hulp bij de financiële situatie, maar geeft de voorkeur aan een integrale aanpak waarin verschillende levensdomeinen worden meegenomen. “Bij deze hulpverlening kunnen ook de kinderen zelf betrokken worden. En professionals dienen doortasten en confronterend te handelen”, geeft Tamara aan. Vaders moeten zich beter bewust worden van hun opvoedrol en hoe ze deze zelf kunnen invullen. Daarbij moeten ze meer vrijheid krijgen om te experimenten en eventuele professionele hulp toelaten, waren de uitkomsten van het onderzoek.
Best pratice in Zutphen
Medewerkers van Spectrum brengen als voorbeeld in: een initiatief in een achterstandswijk in Zutphen dat is opgezet door een kernteam van 5 vaders. Men komt samen in het wijkcentrum om met activiteiten te ondernemen (bijv. bbq’en) en daarnaast met elkaar in gesprek te gaan.
Kring van mannen en buitenkring van deelnemers
Vijf vaders vormen een kring om verschillende stellingen over vaderschap te bespreken.
Stelling 1) Vaders zijn minder betrokken, omdat zij gemiddeld genomen vaker en meer tijd aan het werk zijn dan de moeders. Zodra zij ’s avonds moe thuiskomen, hebben ze geen ‘puf’ meer voor opvoedingsvragen (schaarste tijd, energie).
De vaders herkennen de hoge werkdruk en geven aan veel weg te zijn voor hun baan. Daarnaast willen ze tijd maken voor hun hobby’s en staan dan in het weekend bijvoorbeeld regelmatig op de hockeyclub. Sportactiviteiten met de kinderen, zoals voetballen zullen voor veel vaders al direct een stuk aantrekkelijker zijn dan een knutselmiddag. De aanwezige vaders hebben wel het gevoel dat ze aan de opvoeding van hun kinderen hebben bijgedragen. Daarnaast is zelfzorg van groot belang, als vaders lekker in hun vel zitten hebben de kinderen daar ook profijt van.
Stelling 2) De hulpverlening wordt voor een groot deel gerund door vrouwen. De taal / communicatie en wijze van hulpverlening (praten of doen?) sluit daarom onvoldoende aan op mannen / vaders.
Voor hulpverleners is het essentieel om goed te luisteren naar de cliënt. De hulpverleners moeten niet het gevoel hebben dat ze 2 treden hoger staan dan de hulpvrager. Ook is het fijn om dezelfde taal te blijven spreken. Zo min mogelijk jargon, iedereen moet weten waar het over gaat. Sommige vaders geven de voorkeur aan een vrouwelijke hulpverlener terwijl anderen juist baat hebben bij een man. Uit het gesprek blijkt dat maatwerk gepast is bij het activeren van vaders in hun opvoedrol.